Skip to main content

Test: 2018 Harley-Davidson Softails – Milwaukee Eight

Voor modeljaar 2018 heeft Harley-Davidson al haar Softail-modellen vernieuwd. Dat betekent dat de 2018 Fat Boy, Heritage Classic, Softail Slim, Deluxe, Breakout, allemaal het nieuwe, oliegekoelde Milwaukee Eight motorblok hebben gekregen. Dat geldt ook voor de Low Rider, Fat Bob en Street Bob, voorheen Dyna-modellen maar nu dus ook Softails geworden. Het is een kleine stap voor de mensheid, maar een enorme sprong voor Harley-Davidson, deze nieuwe 2018 Softail line-up. Daarmee bedoelen we dat veel technische vernieuwingen bij andere merken al wat langer bekend zijn, maar nu ook bij Harley doorgevoerd worden; een ingewikkelde taak omdat tegelijkertijd het iconische erfgoed nooit uit het oog verloren mag worden. 

Het nieuwe blok is direct opgehangen (dus zonder tussenrubbers) in een nieuw hoofdframe, wat is verbonden met het andere kenmerk van de Softail: de verborgen achterschokdemper. Die basis wordt gebruikt om met modulaire bouw voor al die verschillende modellen een nieuwe versie te maken, waarbij slim afgewisseld wordt tussen balhoofdhoeken, een brede of smalle achterbrug en een verschillende opbouw van zadel, tank en stuur. Naast het overdonderende aanbod aan modellen, kan er bij vier van de acht modellen ook nog eens tussen twee cilinderinhouden worden gekozen, waardoor de keuzemogelijkheid zelfs uitgebreid wordt naar 12, waarna je ook nog eens door de 1024 pagina’s dikke catalogus voor accessoires mag bladeren.

Test 2018 Harley Davidson Softail Milwaukee Eight

Afwerking
Ten Noorden van Barcelona rijden we achtereenvolgens met de Heritage Classic, Fat Bob, Street Bob en Breakout. Waar op het eerste gezicht alle modellen vooral flinke overeenkomst vertonen, blijkt vooral bij deze vier dat ze daadwerkelijk héél erg verschillend zijn. Toch beginnen we met de overeenkomsten: alle 2018 Softails zien er qua afwerking fantastisch uit. Soms lijkt het qua gebruikte bevestigingsmaterialen (moeren, bouten) wat industrieel, maar dat is vast juist de bedoeling van de designers geweest. Alle modellen hebben tussen de voorste framebuizen een oliekoeler hangen, die enorm op een radiateur lijkt, maar dan wat kleiner. Voor de puristen even slikken, maar de enige manier om een lucht/oliegekoeld motorblok aan de moderne emissie-eisen te laten voldoen. Daarbij is het ook nog gelukt de Softails veel lichter te maken, van een bescheiden 7 kilo voor de Street Bob tot een enorme 17 kilo bij de Breakout, De Luxe, Heritage Classic en Slim. Daarbij zijn alle kabels en snoeren mooi weggewerkt, met uitzondering van die vanaf het stuur van de Fat Bob. Daarnaast is er ook nog de veel minder fraaie bobine aan de linkerkant van het motorblok, een beetje vreemde keuze maar volgens de designers daar geplaatst om er “iets” te hebben, anders zou het zo kaal zijn. Alle lak is schitterend aangebracht, alles wat moet glimmen doet dat met overtuiging, de matte kleuren kunnen een stootje hebben en het chroom blinkt waanzinnig; de afwerking is gewoon meer dan prima.

Milwaukee Eight 107 en 114 motorblok
Het verschil tussen de 107 (cubic inch) en 114 is omgerekend naar cc’s 1745 naar 1860cc, oftewel maar 115 cc, officieel goed voor 10 Nm en 4 PK extra. Wat trouwens bereikt wordt met zowel meer boring als slag (100 x 111,1 vs 102 x 114,3). In de praktijk blijkt dat er maar minimaal verschil is qua prestaties, wat de forse meerprijs vanaf meer dan 2000 euro voor 10 Nm extra dan ook niet helemaal waarmaakt. Goed nieuws dus, want aan de 107 heb je gewoon genoeg Dat gezegd hebbende is het nieuwe Milwaukee Eight motorblok een enorme sprong voorwaarts voor het Amerikaanse merk. Het blijft natuurlijk nog steeds die beroemde 45-graden V-Twin, maar door meer power (opgegeven: 145 Nm en onofficieel: 78 PK) en vooral veel minder mechanisch motorgeluid, is dit echt een fijn, soepel motorblok geworden. Daarbij zijn -zonder rubber ophanging maar mèt dubbele balansassen- veel minder trillingen waarneembaar, terwijl het qua uitlaatgeluid en beleving niet minder is geworden. Bizar dat dit de Amerikanen gelukt is zonder vloeistofkoeling te hoeven gebruiken, waar eigenlijk alle andere merken roepen dat dit met de huidige Euro4 normen onmogelijk is geworden. Maar, het kan dus blijkbaar wel! Verder pakt de injectie keurig op, vanaf 1500 toeren trekken ze keurig soepel weg, op iets boven de 2000 toeren rij je rustig rond, maar meestal zal je op mooie bochtige wegen zo tussen de 2200 en 3500 toeren opereren. Het blok is dan mooi soepel en trekt prima door, de acceleratie is serieus leuk en het geluid prima. Daarna loopt het blok nog door tot 5800 toeren, maar dan is de puf er al even uit, er is geen reden om zulke hoge toeren te draaien.

Minstens zo belangrijk is het nieuwe frame. Het hoofddeel rondom het blok is voor alle Softails hetzelfde, met daarbij natuurlijk altijd de weggewerkte achterschokdemper. Qua voorvork en achterbrug verschilt het weer per model, en ook de hellingshoek varieert flink over de acht modellen. Algemeen vonden we de achterkant prima geveerd, al zou het fijn zijn als àlle modellen een externe draaiknop voor de veervoorspanning hebben, nu hebben er maar een paar dat. Ook aan alle voorzijdes konden we prima wennen, alleen op de Fat Bob blijft het een onmogelijke opgave om de stuureigenschappen van een achterband aan de voorkant optimaal te krijgen. 

Zitten en sturen
Qua zithouding is het bijna ongelooflijk hoe groot de verschillen zijn. Op de Breakout zit je laag en gebogen, op de Street Rod met armen èn knieën best hoog, de Heritage Classis is het bekende fauteuil met ontspannen houding en de Fat Bob laat je een soort aanvalshouding aannemen.
Al deze factoren leveren natuurlijk een totaal verschillende stuurdynamiek op. Heel voorspelbaar blijkt de Breakout het minst dol op bochten, het reusachtige 21 inch voorwiel en de al even enorme 24 centimeter brede achterband willen (natuurlijk) vooral rechtdoor, waardoor de “dragbike” aanduiding van Harley wel logisch lijkt. De Heritage Classic voldoet rijtechnisch maar deels aan zijn wat bedaarde uiterlijk: lekker ontspannen door het landschap zoeven is zeker een optie, maar we werden juist op dit model positief verrast door het makkelijke sturen en vooral het makkelijke van links naar rechts gooien op een bochtige bergweg. De 120 mm brede voorband van de Fat Bob ziet er ook wel heel stoer uit, maar het is volledig logisch dat sturen hierdoor niet echt makkelijk gaat. Door de relatief ruime grondspeling kan je best een aardige bochtensnelheid aanhouden, maar dan moet je hem wel eerst de bocht in zien te duwen, waarna hij dan juist weer de bocht in lijkt te vallen. Op de bochtige bergwegen hebben we het meeste rijplezier op de Street Bob. Eenmaal gewend aan de wat geforceerde houding blijkt deze versie de ideale combinatie van bestuurbaarheid, grondspeling en comfort te bieden, waardoor het al snel hard gaat.

Conclusie
Het is echt knap wat de Amerikanen aan 2018 Softails neerzetten; een overweldigende keuze uit 12 zéér goed uitziende modellen met zéér lekker lopende motorblokken, waarbij er tussen al die modellen ook ècht duidelijke verschillen zijn. Een opvallende prestatie, vooral als je bedenkt dat altijd maar weer die enorme geschiedenis gerespecteerd moet worden. Als belangrijkste conclusie moeten we dan ook melden dat een serie proefritten verplicht zou moeten worden gesteld voor aankoop. Toch zal het uiterlijk voor de meeste kopers de belangrijkste keuzefactor zijn, met daarbij voor de hand liggende rijeigenschappen als gevolg. Inderdaad gaat de lage, lange Breakout het liefst rechtuit en krijg je met hoog opgetrokken knieën meer grondspeling op de Street Bob, zo simpel is het. Maar daaronder is die combinatie van motorblok, frame, verborgen achterschokdemper en smetteloze afwerking een garantie dat de 2018 Harley-Davidson Softails allemaal uitstekende motorfietsen zijn.

KLIK: Op onze Facebookpagina vindt u een MEGA-gallery met 84 extra foto’s vanaf de persintroductie. Like!

Korte modelcheck:

2018 Harley-Davidson Softail Heritage Classic:
Stuurt super, rolt lekker van links naar rechts, zo goed dat de wat kleine treeplanken snel slijten. Zit goed, ontspannen rechtop, knieën niet teveel omhoog. Windscherm lekker, kan er ook af. Mistlampen voor de looks, gaan alleen steeds uit als motor van contact wordt gehaald. Nieuwe harde, afsluitbare, waterdichte zadeltassen, erg handig en mooi. Goed en goedkoop alternatief voor de Touring modellen. 

2018 Harley-Davidson Softail Fat Bob:
Upsidedown Showa voorvork met “racing” “close cartridge”, maar toch niet instelbaar. 2-1-2 uitlaat, die wel heel groot en wat lomp oogt. Andere mapping, injectie beetje last van aan/uit effect in langzame bochten. 28 graden balhoofdhoek. Wil bocht eerst niet in, eenmaal ingestuurd valt hij door. Voelt als lage bandenspanning maar is enorme voorband. Blaft wel, bijt niet. 

2018 Harley Davidson Softail Breakout:
“Dragbike”: hard recht vooruit. Laagste van allemaal, zadelhoogte 66 cm., meeste relaxte balhoofdhoek (34 graden), echte cruiser. Niet voor al te lange rijders, dan lijkt de motor opeens heel klein. Geen grondspeling. 21 inch (!) voorwiel, 24 centimeter (!) achterband. Stoer uiterlijk! Gaaf minuscuul dashboard op stuurklem. Zithouding niet ideaal, maar went wel. Bling!

2018 Harley Davidson Softail Street Bob:
Niet duur, vanaf 17,3K! Gaaf dashboard op stuur. Benen wel wat hoog opgetrokken, maar geeft wel veel grondspeling. 286 kilo. Rolt heel mooi door de bochten, “mini-apehanger” stuur werkt iets minder in stad maar daarbuiten super. Rijdt op bochtige weg rondjes om de rest. Aan het einde van de dag de meest logische keuze, wat een leuk ding! #favoriet

Veel mooie foto’s live vanaf deze en andere persintroducties? Volg @testmotor op Instagram

Motorkleding:
Helm: Arai SZ-Ram X Diamond Black
Jack: REV’IT Fargo
Schoenen: REV’IT Grand
Jeans: Draggin Revs

Tekst: Iwan van der Valk – Fotografie: Harley-Davidson