De Ducati Scramber is misschien wel de meest lifestylegerichte motor die ooit uit Bologna is gekomen. Zelfs zoveel, dat Ducati Scrambler maar tot een eigen merk heeft verheven. Dit is een belangrijk element, aangezien de Scrambler zelf een fantastische back-to-basic motor is voor de Ducati lijn, en met €9290 voor de Icon-versie is het een geduchte nieuwkomer voor iedereen die ooit Ducati wil rijden. Diezelfde Icon, die we getest hebben, is trouw aan de merkwaarde van Ducati als zijnde een ‘performance’ motorfiets, maar biedt daarnaast ook een betaalbare motor met meerdere gezichten voor het Italiaanse merk. Zo heeft Ducati opeens een line-up met een woonwerk-verkeer, een offroader of zelfs een tweede funbike. Maar er is nog een opvallend ding aan die Scrambler.
Motor
Een Casio horloge kan nog wel eens een goede analogie zijn voor de Ducati Scrambler: betaalbaar, basic in design en uitvoering, net zoals de Scrambler, die zijn basis functie prima uitvoert. Het is een motor en doet dat net zo goed als de duurste modellen die er zijn, maar zonder je bankrekening te laten imploderen. De Scrambler is een prima motor. Ik heb moeite het over-enthousiasme in woorden te vangen, waarvan ik verwacht dat ook collega’s dat op papier zullen proberen te zetten, maar slechts enkele hebben het tijdens praatjes gedurende de launch kenbaar gemaakt. De Scrambler laat je namelijk niet versteld staan en doet je ook niet van oor tot oor grijzend rondrijden zoals een Hypermotard dat doet. Het is een gewone motor die je blij maakt om geen andere reden dan het feit dat je aan het motorrijden bent. Met de korte gearing, waarschijnlijk voor kortstondig offroad gebruik, is de Scrambler een leuke motor van stoplicht tot stoplicht.
De 803cc, 75pk luchtgekoelde v-twin komt goed van zijn plek met voldoende koppel en klimt netjes door de toeren. Beginnende rijders kunnen misschien verrast worden door het feit dat de Scrambler er vanaf stilstand goed aan kan sleuren. Wellicht is dit het grootste minpunt van de motor, aangezien er vooral gemikt wordt op nieuwe of jonge motorrijders, maar het viel in ieder geval iedereen op, zo bleek aan het eind van de dag.
Ondanks dat er maar een enkele schijf is gemonteerd, is het remmen prima in orde. Door de minder ervaren rijders in de groep is dit meerdere malen getest. Het helpt wel dat de schijf in kwestie een 330mm model is, rechtstreeks overgenomen van niemand minder dan de Panigale, met Brembo monoblock onderdelen om het af te maken. Sportieve rijders zullen de dubbele schijf dan ook niet al te erg gaan missen.
Zithouding
De Scrambler is erg klein: 79 cm zithoogte, met een smal zadel. Mijn 1 meter 90 was wat te veel voor deze lage zithouding, waardoor ik met mijn benen iets te verkrampt zat. De kortere rijders, waaronder enkele dames, hadden tijdens de testritten geen probleem voet aan de grond te krijgen. Door de fors gebogen beenhouding moest het grootste deel van het lichaamsgewicht gesteund worden door mijn achterwerk en de Icon komt niet bepaald met een toereikend zadel. Na 50 kilometer voelde ik al pijn, terwijl ik de laatste tijd toch flink wat afstand heb afgelegd op de motor. Verder is de houding van het bovenlijf rechtop en breed. Het heeft dan ook de voorkeur een groot bovenlichaam te hebben. Het stuur is voor offroad gebruik hoog genoeg om te gaan staan (waar we niet de kans toe kregen), maar langere motorrijders zullen toch een wat hoger stuur willen, aangezien ook de voetsteunen erg hoog zijn.
Op het verharde heeft de Scrambler een goede wegligging, wat hoofdzakelijk komt door het feit dat de motor vrij licht is en een laag zwaartepunt heeft. De vering is niet zo zacht als verwacht en past meer bij straatgebruik dan offroad. Hobbels worden goed weggewerkt, maar er blijft voldoende feedback, zeker voor iets met scrambler in zijn naam. Zoals verwacht kan worden van een motor in het instapsegment, valt er qua vering naast de veervoorspanning niets in te stellen.
Minpunten
Na wat sporadische uitstapjes die we zelf onderweg gecreëerd hebben, kunnen we zeggen dat de Scrambler ook daar gebruikt kan worden waar de weg stopt. Over het algemeen is er een boel positiefs te melden, maar dat wil niet zeggen dat er niets negatiefs te zeggen is over de Icon modellen die we hebben gereden. De uitlaat doet zijn werk iets te goed en verbergt de klank van de V-twin. Aangezien de meeste eigenaren de originele uitlaat toch vervangen (door een hoge uitlaat?), is dit niet echt een groot probleem. Ik was meer teleurgesteld over het feit dat de ABS alleen uit òf aan kon, met geen mogelijkheid om ABS alleen op het achterwiel uit te schakelen. Voor een motor waarbij gezegd wordt dat hij -in ieder geval in potentie- offroad kan, was het mooi geweest dat ook in het ABS systeem te laten zien. Doordat de gaskabel ergens niet optimaal gelegd was, ging ik een bocht in met het gas niet helemaal dicht. De oplossing is simpel, maar onder verkeerde omstandigheden had dit anders af kunnen lopen. Een van de andere motoren had een slecht werkende schakelaar van de standaard beveiliging. Verder werd er melding gemaakt van een benzine slang die loskwam op de snelweg, niet lang nadat we vertrokken waren; en niet atypisch voor een Ducati perslaunch, werd er door meerdere mensen mis geschakeld (tussen 5 en 6). Het laatste is vrij standaard bij Ducati en verdwijnt normaal na de eerste service-interval, maar de andere gevallen lijken toch meer op kinderziekten. Alle modellen die bij de perslancering gebruikt waren zijn gebouwd in Italië, en niet in de nieuw geopende fabriek in Thailand waar de Scramblers voor de USA gebouwd gaan worden.
Conclusie
Ondanks deze kleine puntjes lijkt Ducati een verkoopsucces in handen te hebben, waarbij de prijs van 9290 euro voor de Icon een van de succesfactoren zal zijn. Het zou dan ook zo maar zo kunnen zijn dat de Scrambler voor een fors deel van het totaal aantal verkochte Ducati’s zal gaan zorgen komend jaar. Wanneer je interesse hebt in deze motor, zal je ontdekken dat Ducati een budgetbewuste motor heeft gebouwd voor de gewone mens; in zeker zin vervangt de Scrambler hierin de Monster. Het format van de Scrambler zorgt voor wat offroad-richting in het gamma van Ducati, alhoewel het de vraag is hoeveel Scramblers zicht buiten de stadsgrenzen zullen begeven.
Tekst: Jensen Beeler. Deze test verscheen eerder in uitgebreide vorm (meer gericht op de positionering en marketing) op de site van onze partner Asphalt & Rubber.
Technische gegevens 2015 Ducati Scrambler Icon
Motorblok | Luchtgekoelde L-Twin, twee kleppen per cilinder |
Cilinderinhoud | 803 cc |
Boring x slag | 88 x 66 mm |
Compressieverhouding | 11:01 |
Maximaal vermogen | 75 PK (55 kW) @ 8250 tpm |
Maximum koppel | 68 Nm @ 5750 toeren |
Versnellingen | 6 |
Koppeling | APTC natte multiplaat |
Frame | Stalen buis vakwerkframe |
Voorvering | Upside down Kayaba 41 mm, 150 mm veerweg |
Voorband | Pirelli MT 60 RS 110/80 ZR18 |
Voorrem | 330 mm schijf, radiale vierzuiger remklauw, ABS |
Achtervering | Kayaba verstelbare veervoorspanning, 150 mm veerweg |
Achterband | Pirelli MT 60 RS 180/55 ZR17 |
Achterrem | 245 mm schijf, 1-zuiger |
Wielbasis | 1445 mm |
Ballhoofdshoek | 24° |
Naloop | 112 mm |
Tankinhoud | 13,5 liter |
Drooggewicht | 170 kg |
Rijklaar gewicht | 186 kg |
Zadelhoogte | 790 mm – lagere 770 mm als accessoire |